June 16, 2022

BLOG: DE KLEUR VAN BETEKENIS

Toen alle grote klussen in mijn nieuwe appartement achter de rug waren, was het tijd voor kleur. De gang naar bouwmarkten en gespecialiseerde verfzaken begon. Niet alleen het enorme kleuren gamma, maar ook de vele soorten verf, kostten de nodige hoofdbrekens. Maar het gaat nu even niet om de techniek en evenmin om het verschil tussen verfsoorten op water- en terpentinebasis; een verschil waar ik te laat achter kwam. Maar dat terzijde.

Als mens van woorden, klanken en klankkleuren, zijn de zichtbare en benoembare kleuren, verfkleuren in dit geval, een bron van machteloze twijfel. En niemand die mij kan mij vertellen wat mooi is. Want smaak is persoonlijk. Anders is het, als het gaat om de combinatie van kleuren. Bij het zoeken naar kleurcombinaties speelt de invloed van meer objectieve beoordelingen wel een rol. Kleuren kunnen kennelijk volgens universele normen vloeken met andere kleuren. Dat heeft niets met persoonlijk smaak te maken. Heb ik begrepen. Maar misschien niet goed. Enfin.

Ik schaam me er een beetje voor, maar de benoeming van kleuren is bij mij van invloed op de vraag of ik bepaalde kleuren mooi vind. Brandweer Rood is iets anders dan Lipstick Rood. Geen van beide spreken me aan. Ik voel zelfs een lichte afkeer van die kleur opkomen. Azuurblauw vind ik minder aantrekkelijk dan Mediterraan Blauw. Zelfs nog voordat ik de beide kleuren heb gezien. Misschien doordat in mijn systeem ‘mediterraan’ sterker appelleert aan warmte en licht dan het sleetser Azuur. Berkbeige en Leem. Olive en Sea. Deep en Pure. Olifant en Muis. Het zegt me allemaal te weinig. De benoemingen kloppen, zoals muisgrijs dat ook doet voor eh.. muisgrijs.

Toen kwam ik de kleurbeschrijvingen van Farrow & Ball tegen. Vaak onbegrijpelijke maar spannende namen. En bij elke kleur, elke naam, een short-story.
Sudbury Yellow: ‘The staircase at Sudbury Hall, where John Fowler used this shade to such great effect’. En wat te denken van Nancy’s Blushes True Pink: ‘The scrumptious rosy cheeks of a much loved girl named Nancy’. En deze— Babouche: ‘This cheerful yellow takes its exotic name from the distinctive colour of the leather slippers worn by men in Morocco’.

Niet de beschrijving verklaart de kleur, maar de kleur verklaart de beschrijving. Alsof die kleur slechts bijzaak is, een eenvoudig vehikel voor een regel proza.

Als ik naar de muur aan de raamkant in mijn nieuwe stokoude appartement kijk, zie ik geen grijs, maar Charleston Grey, die zijn diepte te danken heeft aan de ‘much loved home of the equally artistic and intellectual Bloomsbury Group in West Sussex’. Hier kom ik te wonen, denk ik dan trots, en met een beetje pijn in het hart, want verhuizen is ook afscheid nemen. Dan kijk ik naar een muur in de keuken en droom weg bij Indian Yellow: ‘famously named after the pigment that was collected from the urine of cows fed on a special diet of mango leaves’.

Woorden kunnen kleur hebben. Soms meer kleur dan de kleur zelf. Of een heel andere kleur.

De naam hoeft geen betekenis te hebben. Je moet hem betekenis kunnen geven.

Robert Jan Heyning